Home > Stiga > Lawn Mower > Stiga Lawn Mower PARK COMPACT Dutch Version Manual

Stiga Lawn Mower PARK COMPACT Dutch Version Manual

    Download as PDF Print this page Share this page

    Have a look at the manual Stiga Lawn Mower PARK COMPACT Dutch Version Manual online for free. It’s possible to download the document as PDF or print. UserManuals.tech offer 5898 Stiga manuals and user’s guides for free. Share the user manual or guide on Facebook, Twitter or Google+.

    							
    STIGA PARK
    COMPACT
    8211-1031-01
    B
    GEBRUIKSAANWIJZING 
    						
    							
    SVENSKAS
    1
    4
    7
    9
    1
    23
    45
    2
    3
    56
    66
    8 
    						
    							
    SVENSKA
    S
    0,7 - 0,8 mm
    MAX
    MIN
    78
    910
    1112
    1314 
    						
    							
    NEDERLANDSNL
    1 ALGEMEEN
    Dit symbool geeft een 
    WAARSCHUWING weer. Als de 
    instructies niet nauwkeurig worden 
    opgevolgd, kan dit leiden tot 
    verwondingen en/of schade.
    Voordat u deze machine in gebruik 
    neemt, moet u de gebruiksaanwijzing 
    en de meegeleverde 
    “VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN” 
    zorgvuldig doornemen.
    1.1 SYMBOLEN
    Op de machine ziet u de volgende symbolen om u 
    eraan te herinneren dat voorzichtigheid en 
    oplettendheid bij gebruik geboden is.
    Betekenis van de symbolen:Waarschuwing!
    Lees vóór gebruik van de machine de 
    gebruikershandleiding en de 
    veiligheidsvoorschriften.
    Waarschuwing!
    Kijk uit voor weggegooide voorwerpen. 
    Houd omstanders op afstand.
    Waarschuwing!
    Draag altijd gehoorbescherming.
    Waarschuwing!
    Deze machine is niet bedoeld voor rijden 
    op de openbare weg.
    Waarschuwing!
    U mag met de machine, uitgerust met de 
    originele accessoires, niet rijden op een 
    helling met een grotere hellingshoek dan 
    10º.
    Waarschuwing!
    Knelgevaar. Blijf met uw handen uit de 
    buurt van de middensturing.
    Waarschuwing!
    Kans op brandwonden. Raak de 
    geluiddemper/katalysator niet aan. 
    1.2 ALGEMEEN
    Deze machine is in twee versies leverbaar.
    • Compact, met handversnelling, aangeduid als Compact .
    • Compact, met hydrostatische versnelling,  aangeduid als  Compact HST .
    2 BEDIENING
    Punten 1 - 9, zie afbeeldingen 1- 3.
    2.1 Gereedschapslift, mechanisch (1)
    U kunt als volgt schakelen tussen de werkpositie 
    en de transportpositie:
    1. Trap het pedaal volledig in. 
    2. Laat het pedaal langzaam los.
    2.2 BEDRIJFSREM/KOPPELING 
    (2, Compact)
    Pedaal dat bedrijfsrem en koppeling combineert. 
    Drie standen:
    1. Pedaal omhoog  - aandrijving. 
    De machine rijdt als er een 
    versnelling wordt gekozen. 
    Bedrijfsrem niet geactiveerd.
    2. Pedaal voor de helft ingetrapt 
    - aandrijving ontkoppeld, er kan 
    geschakeld worden. Bedrijfsrem 
    niet geactiveerd.
    3. Pedaal volledig ingetrapt - 
    aandrijving ontkoppeld. 
    Bedrijfsrem volledig 
    geactiveerd.
    LET OP! Regel de snelheid niet door de koppeling 
    te laten slippen. Kies in plaats daarvan de juiste 
    versnelling voor de goede snelheid.
    2.3 Koppeling - parkeerrem  (2, Compact HST)
    Het pedaal (2) heeft de volgende 
    drie standen:
    • Omhoog . De koppeling is niet geactiveerd. De 
    parkeerrem is niet geactiveerd.
    • Voor de helft ingetrapt . Voorwaarts rijden 
    uitgeschakeld. De parkeerrem is niet 
    geactiveerd.
    • Ingetrapt . Voorwaarts rijden uitgeschakeld. De 
    parkeerrem is geactiveerd maar niet 
    vergrendeld.
    2.4 Vergrendeling, parkeerrem (3)
    De vergrendeling vergrendelt het pedaal 
    (2) in de ingetrapte stand. Deze functie 
    wordt gebruikt om de machine te 
    vergrendelen op hellingen, tijdens 
    transport enz.
    De parkeerrem moet tijdens het werk 
    altijd uitgeschakeld zijn. 
    						
    							
    NEDERLANDSNL
    Vergrendelen:
    1. Trap het pedaal (2) volledig in. 
    2. Breng de vergrendeling (3) omhoog.
    3. Laat het pedaal (2) los.
    4. Laat de vergrendeling (3) los.
    Ontgrendelen:Trap het pedaal (2) in en laat het weer los.
    2.5 Rijden - bedrijfsrem  (4, Compact HST)
    Het pedaal (4) regelt de versnelling tussen de 
    motor en de wielen (= de snelheid). Wanneer het 
    pedaal omhoog staat, wordt de bedrijfsrem 
    geactiveerd.
    1. Pedaal voorwaarts – de machine gaat vooruit.
    2. Pedaal onbelast - de machine  staat stil.
    3. Pedaal achterwaarts –  de machine rijdt achteruit.
    4. Minder druk op het pedaal –  de machine remt.
    2.6 GAS-/CHOKEHENDEL (5)
    Hendel om de snelheid te regelen en om te choken 
    bij een koude start. 
    1. Choke - voor het starten van een koude 
    motor. De choke staat in de bovenste stand 
    in de groef. Vermijd rijden in deze stand, 
    zet de hendel op vol gas (zie hieronder) bij 
    een warme motor. 
    2. Vol gas - bij gebruik van de machine 
    altijd vol gas geven.
    3. Stationairloop.
    2.7 CONTACTSLOT (6)
    Contactslot dat gebruikt wordt om de motor te 
    starten en uit te schakelen. Vier standen:
    1. Stopstand - de motor is kortgesloten. De 
    sleutel kan verwijderd worden.
    2/3. Rijstand. 
    4. Startstand - de elektrische startmotor 
    wordt geactiveerd op het moment dat de 
    sleutel in de veerbelaste startstand wordt 
    gedraaid. Laat de sleutel teruggaan naar 
    rijstand 2/3 wanneer de motor gestart is.
    2.8 VERSNELLINGSPOOK (7, Compact)
    Pook om één van de vijf versnellingen vooruit (1-
    2-3-4-5), neutraal (N) of achteruit (R) te kiezen.
    Tijdens het schakelen moet het koppelingspedaal 
    ingetrapt zijn.
    LET OP! Zorg dat de m achine volledig stilstaat 
    voordat u van de achteruit in de vooruit of 
    omgekeerd schakelt. Als u niet meteen in een 
    bepaalde versnelling kunt schakelen, laat het 
    koppelingspedaal dan opkomen en trap het 
    opnieuw in. Schakel opnieuw naar de gewenste 
    versnelling. Probeer nooit geforceerd in een 
    gewenste versnelling te schakelen.
    2.9 KRACHTAFNEMER (8)
    Hendel voor in- en uitschakelen van de 
    krachtafnemer voor aandrijving van aan de 
    voorzijde gemonteerde accessoires. Twee standen:
    1. Voorste stand - krachtafnemer 
    uitgeschakeld.
    2. Achterste stand - krachtafnemer 
    ingeschakeld. 
    2.10 UITSCHAKELHENDEL (9, Compact HST)
    Hendel om de traploze transmissie uit te 
    schakelen. Hiermee kunt  u de machine handmatig 
    verplaatsen zonder de motor te gebruiken. Twee 
    standen:
    1. Hendel naar achteren - 
    transmissie ingeschakeld voor 
    normaal gebruik.
    2. Hendel naar voren - 
    transmissie uitgeschakeld. De 
    machine kan handmatig worden 
    verplaatst.
    De machine mag niet over lange afstanden of met 
    hoge snelheid gesleept worden. Hierdoor kan de 
    versnellingsbak beschadigd worden. 
    3 TOEPASSINGEN
    De machine mag uitsluitend gebruikt worden bij 
    de volgende werkzaamheden met de aangegeven 
    originele STIGA-accessoires:
    1. Gras maaien
    Met maaidek 13-2939 (92M).
    2. Sneeuwruimen
    Met sneeuwschuif 13-0918. Sneeuwkettingen 
    13-0936 (16) en framegewichten 13-0923 
    worden aanbevolen.
    3. Gras- en bladtransport Met transportkar 13-1979 (Standard). 
    						
    							
    NEDERLANDSNL
    Het trekmechanisme mag worden belast met een 
    verticale kracht van maximaal 100 N.
    De duwkracht van getrokken accessoires op het 
    trekmechanisme mag niet groter zijn dan 500 N.
    LET OP! Neem vóór het gebruik van een 
    aanhanger altijd contact op met uw 
    verzekeringsmaatschappij.
    LET OP! Deze machine is niet bedoeld voor rijden 
    op de openbare weg.
    4 STARTEN EN RIJDEN
    4.1 MOTORKAP
    Om bij te tanken en de motor en de accu te inspec-
    teren en onderhouden, opent u de motorkap. De 
    motor mag niet draaien als u de kap opent.  
    Openen:
    1. Trek de stoelvergrendeling (afb. 4) omhoog en  kantel de stoel voorover.
    2. Trek de rubberband aan de voorzijde van de kap  omhoog (afb. 5).
    3. Pak de motorkap aan de voorrand vast en draai  de kap omhoog (afb. 6).
    Sluiten:
    1. Pak de motorkap aan de voorrand vast en draai  de kap omlaag (afb. 6).
    2. Maak de rubberband aan de voorzijde van de  kap vast (afb. 5).
    De machine alleen gebruiken met 
    gesloten kap. Anders bestaat er een 
    kans op brandwonden en kunt u 
    bekneld raken.
    4.2 BENZINE BIJVULLEN
    Open de motorkap, zoals boven is aangegeven. 
    Draai de vuldop los en vul de tank met schone 
    loodvrije benzine. Gebruik nooit tweetakt 
    motorolie (afb. 7).
    LET OP! Denk erom dat benzine beperkt houdbaar 
    is. Koop niet meer benzine dan u binnen 30 dagen 
    gebruikt.
    U kunt ook milieuvriendelijke benzine gebruiken, 
    d.w.z. gealkyleerde benzine. Dit type benzine heeft 
    een samenstelling die minder schadelijk is voor 
    mens en milieu. Benzine is uiterst brandbaar. Bewaar 
    brandstof altijd in een speciaal 
    daarvoor bestemde tank. 
    Vul alleen buitenshuis benzine bij en 
    rook niet tijdens het bijvullen. Vul de 
    tank voordat u de motor start. 
    Verwijder nooit de vuldop en vul de 
    machine nooit met benzine wanneer de 
    motor loopt of nog warm is. Vul de benzinetank nooit helemaal tot de rand. 
    Laat minimaal 2 tot 3 cm tot de bovenrand van de 
    tank over, zodat de benzine bij een warmer 
    wordende motor iets kan uitzetten zonder over te 
    lopen.
    4.3 OLIEPEIL VAN DE MOTOR 
    CONTROLEREN
    Het carter is bij aflevering altijd gevuld met olie 
    SAE 30.
    Controleer voor elk gebruik of het oliepeil 
    correct is. De machine moet op een vlakke 
    ondergrond staan.
    Zorg dat de omgeving rond de oliepeilstok 
    schoon is. Draai de oliepeilstok los en trek 
    hem omhoog. Veeg de oliepeilstok af. 
    Breng de stok weer aan en draai hem vast. 
    Draai hem daarna weer  los en trek hem omhoog. 
    Lees het oliepeil af. Vul olie bij tot de FULL-
    streep als het oliepeil onder deze markering staat 
    (afb. 8).
    4.4 OLIEPEIL VAN DE 
    VERSNELLINGSBAK 
    CONTROLEREN
    (Compact HST)
    De versnellingsbak is al in de fabriek gevuld met 
    SAE 10W-40-olie.
    Controleer voor elk gebruik of het oliepeil 
    correct is. De machine moet op een vlakke 
    ondergrond staan.
    Lees het oliepeil af op het reservoir (afb. 9). Het 
    peil moet tussen MAX en  MIN liggen. Vul indien 
    nodig olie bij. Gebruik olie SAE 10W-40 (20W-
    50).
    4.5 VEILIGHEIDSSYSTEEM
    Deze machine is uitgerust met een 
    veiligheidssysteem dat bestaat uit: 
    - een schakelaar bij de versnellingsbak (alleen  Compact ).
    - een schakelaar bij het rempedaal (alleen  Compact HST ). 
    - een schakelaar in de zitting/zittinghouder.
    - een schakelaar bij de inschakelhendel van de  krachtafnemer. 
    Om de machine te kunnen starten moet: 
    - de versnellingspook in de neutrale stand staan  (geldt alleen bij  Compact).
    - het rempedaal ingetrapt zijn (alleen  Compact HST ). 
    - de bestuurder op zijn plek zitten. 
    - de krachtafnemer uitgeschakeld zijn.
    Controleer vóór gebruik altijd de 
    werking van het veiligheidssysteem! 
    						
    							
    NEDERLANDSNL
    Doe dit op de volgende wijze (de motor loopt en de 
    bestuurder zit op de stoel): 
    - schakel in een versnelling, til uw lichaam even op van de stoel - de motor moet stoppen (geldt 
    alleen bij  Compact). 
    - trap het aandrijfpedaal in, zodat de machine  gaat rijden en laat het aandrijfpedaal weer los - 
    de machine moet stoppen (geldt alleen bij 
    Compact HST ). 
    - schakel de krachtafnemer in, til uw lichaam  even op van de stoel - de motor moet stoppen. 
    Als het veiligheidssysteem niet werkt, 
    mag de machine niet worden gebruikt! 
    Breng de machine voor controle naar 
    een servicewerkplaats! 
    4.6 MOTOR STARTEN
    1. Open de benzinekraan (afb. 7).
    2. Controleer of de bougi ekabel op zijn plaats zit.
    3. Controleer of de krachtafnemer uitgeschakeld 
    is. 
    4a.  Compact : Zet de versnellingspook in de 
    neutrale stand. 
    4b.  Compact HST : Houd uw voet niet op het 
    aandrijfpedaal. 
    5. Starten van een koude motor - zet de gashendel 
    in de chokestand. Warme start - zet de gashendel 
    op vol gas (ca. 1 cm achter de chokestand).
    6. Trap het rempedaal volledig in.
    7. Draai de contactsleutel om en start de motor.
    8. Wanneer de motor is  gestart, duwt u de 
    gashendel geleidelijk naar vol gas als u de choke 
    gebruikt hebt. 
    9. Laat de machine na een koude start niet 
    onmiddellijk belast werken, maar laat de motor 
    eerst een paar minuten warmdraaien. Op die 
    manier kan de olie eerst opwarmen. 
    Laat de motor altijd op vol gas draaien wanneer hij 
    in gebruik is.
    4.7 STOPPEN
    Schakel de krachtafnemer uit. Trek de parkeerrem 
    aan. 
    Laat de motor 1 - 2 minuten stationair draaien. Zet 
    de motor af door de contactsleutel om te draaien.
    Sluit de benzinekraan. Dit is vooral belangrijk als 
    de machine op bijv. een aanhanger vervoerd moet 
    worden.
    Als u de machine zonder toezicht 
    achterlaat, moet u de bougiekabel 
    losmaken van de bougie. Trek ook de 
    sleutel uit het contactslot.
    Direct na gebruik kan de motor 
    bijzonder heet zijn. Raak de demper, de 
    cilinder of de koelribben niet aan. Dit 
    kan ernstige brandwonden 
    veroorzaken.
    4.8 TIPS
    Zorg er voor dat bij rijden op hellingen de juiste 
    hoeveelheid olie in de motor aanwezig is (oliepeil 
    op “FULL”).  Wees voorzichtig bij het rijden op 
    hellingen. Start of st op niet plotseling 
    wanneer u een helling op- of afrijdt. 
    Rijd nooit dwars over een helling. Rijd 
    van boven naar beneden en van 
    beneden naar boven. 
    Deze machine mag, met de originele 
    accessoires erop gemonteerd, op een 
    helling van maximaal 10° rijden.
    Neem gas terug op hellingen en 
    wanneer u scherpe bochten maakt, om 
    te voorkomen dat de machine kantelt of 
    u de controle over de machine verliest.
    Draai bij rijden in de hoogste 
    versnelling en bij vol gas het stuur niet 
    volledig naar één kant. De machine kan 
    dan kantelen.
    Blijf met uw handen uit de buurt van de 
    middensturing en de zittinghouder. U 
    kunt dan bekneld raken! Rijd nooit 
    zonder motorkap.
    5 SERVICE EN ONDERHOUD
    5.1 SERVICEPROGRAMMA
    Om de machine voortdurend in goede staat te 
    houden, de betrouwbaarheid en veiligheid te 
    bevorderen en het milieu te ontzien, moet het 
    onderhoudsprogramma van STIGA worden 
    gevolgd.
    De inhoud van dit programma vindt u in het 
    bijgevoegde serviceboekje.
    We raden u aan elke vorm van onderhoud aan een 
    bevoegde servicewerkplaats over te laten. Dit 
    garandeert dat de werkzaamheden worden verricht 
    door bekwaam personeel en dat originele 
    reserveonderdelen worden gebruikt.
    Bij elke reparatie krijgt u een stempel in uw 
    serviceboekje. Een boekje dat “volgestempeld” is, 
    wordt een waardevol document dat de 
    tweedehandswaarde van de machine verhoogt. 
    						
    							
    NEDERLANDSNL
    5.2 VOORBEREIDING
    Tenzij anders aangegeven moet alle service en 
    onderhoud worden uitgevoerd als de machine stil 
    staat en de motor niet draait.Zorg dat de machine niet kan 
    wegrollen. Gebruik daarom altijd de 
    parkeerrem.
    Zorg dat de motor niet onbedoeld kan 
    starten, dus ontkoppel de aandrijving 
    en trek de bougiekabel van de bougie af 
    of trek de sleutel uit het contactslot. 
    5.3 SCHOONMAKEN
    Om het gevaar op brand te verkleinen 
    de motor, de demper, de accu en de 
    brandstoftank vrijhouden van gras, 
    bladeren en olie.
    Om het gevaar op brand te verkleinen 
    regelmatig controleren of er sprake is 
    van olie- en/of brandstoflekkage. 
    Als u de machine met een hogedrukreiniger 
    reinigt, richt de straal dan niet rechtstreeks op de 
    versnellingsbak.
    Richt geen waterstralen rechtstreeks op de motor. 
    Gebruik een borstel of perslucht om hem schoon te 
    maken.
    5.4 MOTOROLIE
    Vervang de motorolie de eerste keer na 5 
    werkuren, daarna na elke 50 werkuren of één keer 
    per seizoen. Ververs de olie wanneer de motor 
    warm is.
    Gebruik olie van goede syntetishe kwaliteit 
    (serviceklasse SF, SG of SH).
    Ververs de olie vaker, om de 25 draaiuren of 
    minstens één keer per seizoen, als de motor extra 
    hard of bij hoge omgevingstemperaturen moet 
    werken. Direct na het stoppen van de machine 
    kan de motorolie erg heet zijn. Laat de 
    motor daarom een paar minuten 
    afkoelen voordat u de olie aftapt.
    1. Olieaftapleiding  (metaal afb. 7):
    Schroef de olieaftapplug aan het uiteinde van de 
    leiding los. 
    Vang de olie op in een vat. Breng die olie 
    vervolgens naar een milieustraat. Mors geen 
    olie op de V-snaren.
    2. Schroef de olieaftapplug vast. Let op dat de 
    vezelpakking en de ring in de plug onbeschadigd 
    zijn en op hun plaats zitten.
    3. Verwijder de oliepeilst ok en vul de machine met 
    nieuwe olie.
    Hoeveelheid olie: 1,4 liter Olietype zomer (>4 ºC): SAE-30
    (U kunt ook SAE 10W-30 gebruiken. Het 
    olieverbruik kan echter iets toenemen als u 10W-
    30 gebruikt. Controleer het 
    oliepeil vaker als u dit 
    type olie gebruikt.)
    Olietype winter (
    						
    							
    NEDERLANDSNL
    5.7 KOELLUCHTINLAAT - MOTOR
    De motor is luchtgekoeld. Door een verstopt 
    koelsysteem raakt de motor beschadigd. De motor 
    moet om de 100 werkuren of ten minste eenmaal 
    per jaar schoongemaakt worden.
    Maak de ventilatorkap los. Maak de koelribben 
    van de cilinder, de ventilator en het draaiende 
    rooster schoon. Vaker schoonmaken als u droog 
    gras maait. 
    5.8 ACCU
    De accu wordt gereguleerd door kleppen en geeft 
    een uitgangsspanning van 12 V. De accu is 
    onderhoudsvrij.  U hoeft het  elektrolytniveau niet 
    te controleren of te verhogen (afb. 12).
    U vindt de accu bij aflevering in de doos met 
    accessoires.
    De accu moet volledig zijn opgeladen 
    voordat u deze voor de eerste keer gaat 
    gebruiken. De accu moet altijd volledig 
    opgeladen worden bewaard. Als de 
    accu volledig leeg wordt bewaard, kan 
    deze permanent beschadigd raken. 
    Als de machine voor langere tijd (meer dan 1 
    maand) niet wordt gebruikt, moet de accu worden 
    opgeladen en verwijderd en dan worden bewaard 
    op een koele, droge en veilige plaats. Laad de accu 
    helemaal op voordat u hem terugplaatst.
    De accu kan op 2 manieren worden opgeladen:
    1. Met een acculader (aanbevolen). De oplader  moet een constante spanning hebben. De accu 
    kan beschadigd raken als er een standaard 
    oplader (voor zure accus) wordt gebruikt. 
    Stiga raadt de acculader met artikelnummer 
    1136-0602-01 aan, die u kunt  bestellen bij een 
    erkende leverancier.
    2. U kunt de accu ook via de motor opladen. In dit  geval is het heel belangrijk dat wanneer u de 
    machine voor de eerste keer start en wanneer hij 
    lange tijd niet is gebruikt, de motor ten minste 
    45 minuten ononderbroken loopt.
    Zorg dat de accu geen kortsluiting 
    maakt. Dan kunnen er vonken en brand 
    ontstaan. Zorg dat metalen sieraden 
    niet in contact kunnen komen met de 
    accupolen.
    Als er schade is ontstaan aan de 
    behuizing, het deksel of de contactpunten van 
    de accu of als er interferentie optreedt bij de 
    strip die over de kleppen ligt, moet de accu 
    vervangen worden.
    Indien de accupolen geoxideerd zijn, moeten deze 
    schoongemaakt worden. Reinig de accupolen met 
    een staalborstel en smeer ze in met vet.
    5.9 SMERENHet gelede midden van de machine heeft vier 
    smeernippels die om de 25 werkuren gesmeerd 
    moeten worden met universeel vet 
     (afb. 13). 
    Opmerking: De vierde smeernippel is niet 
    zichtbaar op de afbeelding. Deze zit aan de 
    onderzijde, bij de voorste kogellager van de 
    rotatie-as.
    Smeer de stuurketting enkele keren per seizoen 
    met kettingspray.
    De naaf van het voorwiel heeft smeernippels die 
    iedere 50 werkuren gesmeerd moeten worden.
    Alle kunststoflagers moeten een paar keer per 
    seizoen gesmeerd worden met universeel vet. 
    De verbindingen van de spanarm moeten een paar 
    keer per seizoen gesmeerd worden met motorolie.
    Druppel enkele keren per seizoen een beetje 
    motorolie in beide uiteinden van de 
    bedieningskabels.
    Compact HST:
    De versnellingsbak is bij aflevering van de fabriek 
    gevuld met olie (10W-40). U hoeft normaal gezien 
    geen olie bij te vullen, tenzij de versnellingsbak 
    wordt geopend (mag uitsluitend door een vakman 
    gebeuren), of er lekkage optreedt. De olie hoeft in 
    de regel niet ververst te worden.
    5.10 STUURKABELSStel de stuurkabels de eerste keer na 2 - 3 uur rijden 
    bij, vervolgens om de 25 werkuren.
    Zet de machine in de recht vooruit-stand.
    Span de stuurkabels door de moeren aan de 
    onderkant van het gelede midden (afb. 14) aan te 
    draaien. De schroefuiteinden van de stuurkabels 
    moeten tijdens het bijstellen worden 
    vastgehouden, zodat de kabels niet draaien. Pak de 
    schroefuiteinden beet met een tang of iets 
    dergelijks. Span aan tot er geen speling meer is.
    Stel de beide moeren evenveel bij, zodat de stand 
    van het stuur niet verandert. 
    Als het bijstellen klaar is , draai dan het stuur in 
    beide richtingen zover u kunt. Let erop dat de 
    ketting niet in de kabelwielen loopt en dat de 
    kabels niet in de stuuraandrijving lopen. 
    Span de stuurkabels niet te strak. Daarmee wordt 
    het sturen zwaarder, terw ijl de slijtage van de 
    kabels toeneemt.
    6 OCTROOI - 
    ONTWERPREGISTRATIE
    Deze machine of onderdelen van deze machine 
    valt/vallen onder de volgende octrooi- en 
    ontwerpregistratie:
    9901091-0 (SE), 9901730-3 (SE)
    00921248.1 (EPC), 00931809.8 (EPC)
    GGP behoudt zich het recht voor zonder 
    voorafgaande aankondiging wijzigingen in het 
    product aan te brengen.  
    						
    							
    6B.Uppmätt ljudeffektnivåMitattu äänitehotaso
    Målt lydeffektniveau
    Målt lydeffektnivå
    Gemessener geräuschpegel
    Measured sound power level
    Niveau de puissance acoustique mesuré
    Gemeten geluidsniveau
    Livello di potenza sonora misurato
    Nivel de potencia de sonido medido
    Nível de potência sonora medido
    Nieprzekraczalny poziom ha łasu
    Замеренный  уровень  шума
    Nam ěřená úrove ň hluku
    Mért hangteljesítményszint
    Izmerjena raven zvo čne jakosti 1. 98,2 dB(A)
    2. 97,6 dB(A)
    6A.Garanterad ljudeffektnivå
    Taattu äänitehotaso
    Garanteret lydeffektniveau
    Garantert lydeffektnivå
    Garantierter Geräuschpegel
    Guaranteed sound power level
    Niveau de puissance acoustique garanti
    Gegarandeerd geluidsniveau
    Livello di potenza sonora garantito
    Nivel de potencia de sonido garantizado
    Nível de ruído garantido
    Nieprzekraczalny poziom ha łasu
    Гарантированный  предельный  уровень  шума
    Zaru čená úrove ň hluku
    Garantált hangteljesítményszint
    Zajam čena raven zvo čne jakosti 100 dB(A)
    (L
    WA)
    EG-försäkran om överensstämmelse
    EY-vaatimustenmukaisuusvakuutus
    EU-overensstemmelseserklæring
    EU-forsikring om 
    overensstemmelse
    EG-Konformitätsbescheinigung EC conformity declaration
    Déclaration de conformité CE
    EU-gelijkvormigheidsverklaring
    Dichiarazione di conformità CE
    Declaración de conformidad CEDeclaração de conformidade da CE
    Deklaracja zgodno
    ści EC
    Декларация  EC о соответствии
    Deklarace shody s EU
    EK megfelel őségi nyilatkozat Izjava ES o skladnosti
    1.Kategori
    Luokka
    Kategori
    Kategori
    Kategorie
    Category
    Catégorie
    Categorie
    Categoria
    Categoría
    Categoria
    Kategoria
    Категория
    Kategorie
    Kategória
    Kategorija
    5.VibrationTärinä
    Vibration
    Vibrasjon
    Vibration
    Vibration
    Vibration
    Vibratie
    Vibrazioni
    Vibración VibraçãoWibracje
    Вибрация
    Vibrace
    Vibráció
    Tresljaji
    Gräsklippare med bensinmotor
    Bensiinimoottorikäyttöinen ruohonleikkuri
    Plæneklipper med benzinmotor
    Gressklipper med bensinmotor
    Rasenmäher mit Benzinmotor
    Lawnmowers with petrol engines
    Tondeuses à moteur à explosion
    Grasmaaiers me
    t benzinemotor
    Tosaerba con motori a benzina
    Cortacéspedes con motor de gasolina
    Máquinas de cortar relva com motores a gasolina
    Kosiarki do trawy z silnikiem benzynowym
    Газонокосилки  с  бензиновым  двигателем
    Seka čky trávy s benzinovým motorem
    Benzinmotoros f űnyíró
    Kosilnice z bencinskimi motorji
    P901
    1. 13-6101 + 13-2939
    2. 13-6102 + 13-2939
    2. 13-6103 + 13-2939
    < 0.5 m/s
    2
    < 2.5 m/s2
    2.Typ
    Tyyppi
    Type
    Type
    Typ
    Type Type
    Type
    Tipo
    Tipo
    Tipo
    Ty p
    Тип
    Ty p
    Típus
    Tip3.Art.nr.
    Tuotenumero
    Art.nr.
    Art.nr.
    Art.-Nr.
    Item no
    N° darticle
    Itemnr. Articolo n.
    Nº de
    referencia
    Item nº
    Pozycja nr
    Поз
    .
    Císlo položky Tételszám
    Izdelek, št.
    4.Tillverkare
    Valmistaja
    Producent
    Produsent
    Hersteller
    Manufacturer Fabricant
    Fabrikant
    Produttore
    Fabricante
    Fabricante
    Producent
    Изготовитель
    Výrobce
    Gyártó
    Proizvajalec
    8.Fabrikat
    Valmiste
    Fabrikat
    Fabrikat
    Fabrikat
    Make  Marque 
    Fabricage
    Marca
    Marca
    Marca
    Marka
    Торговая
     
    марка
    Zna čka
    Gyártmány
    Znamka 
    STIGA
    9.Klippbredd Leikkuuleveys
    Klippebredde
    Klippebredde
    Schnittbreite
    Cutting width
    Largeur de coupe
    Snijwijdte
    Larghezza di taglio Ancho de corte
    Largura de corte
    Szeroko
    ść koszenia
    Рабочий  захват
    Ší řka sekání
    Vágási szélesség
    Širina košnje
    92 cm
    10.Serienr
    Valmistenumero
    Serienr.
    Serienr.
    Seriennummer
    Serial number
    Numéro de série
    Serienummer
    Numero di serie
    Número de serie
    Número de série
    Numer seryjny
    Заводской  номер
    Č íslo série
    Sorozatszám
    Serijska številka
    Se dekal på chassit
    Katso tarra rungossa
    Se mærkat på chassis
    Se etikett på chassiset
    Siehe Schild am Chassis
    See label on chassis
    Voir la plaque sur le châssis
    Zie label op chassis
    Vedi etichetta sul telaio
    Véase la etiqueta en el chasis
    Ver etiqueta no chassis
    Patrz etykieta na podwoziu
    См . табличку  на  шасси
    Viz štítek na podvozku
    Lásd az alvázon lév ő adattáblát !
    Glej nalepko na šasiji
    11.Motor / Moottori / Motor / Motor / Motor / Engine / Moteur / Motor / 
    Motore / Motor / Motor / Silnik /  Двигатель / Motor / Motor / Motor
    Fabrikat
    Valmiste
    Fabrikat
    Fabrikat
    Fabrikat
    Make Marque
    Fabricage
    Marca
    Marca
    Marca
    Marka
    Марка
    Zna
    čka
    Gyártmány
    ZnamkaBriggs & Stratton
    1: 21A907
    2: 21A907
    3: 282H07
    Modell
    Malli
    Model
    Modell
    Modell
    Model Modèle
    Model
    Modello
    Modelo
    Modelo
    Model
    Модель
    Model
    Modell
    Model
    12.Rotationshastighet
    Pyörimisnopeus
    Rotationshastighed
    Rotasjonshastighet
    Umdrehungsgeschwindigkeit 
    Rotation speed
    Vitesse de rotation
    Rotatiesnelheid
    Velocità di rotazione
    Régimen
    Velocidade de rotação
    Pr ędko ść obrotów
    Частота  вращения
    Rychlost otá čení
    Rotációs sebesség
    Hitrost vrtenja
    3200 rpm
    7.Anmält organ
    Ilmoitettu laitos
    Bemyndiget organ
    Underrettet organ
    Anmeldeorganisation 
    Notified body
    Organisme notifié
    Keuringsinstantie
    Organismo notificato
    Organismo notificado
    Organismo notificado
    Urz ąd zatwierdzaj ący
    Уполномоченная  организация
    Oprávnený orgán
    Az értesítés címzettje
    Obveš čeni organ
    ITS Testing & 
    Certification Ltd
    Notified Body repre-
    sentative 0359
    GGP Sweden AB
    P.O. Box 1006
    SE-573 28  Tranås
    Sweden 
    						
    All Stiga manuals Comments (0)

    Related Manuals for Stiga Lawn Mower PARK COMPACT Dutch Version Manual