Home > Stiga > Lawn Mower > Stiga Lawn Tractor 8211 0209 13 Park Villa Ready Operators Manual Dutch Version

Stiga Lawn Tractor 8211 0209 13 Park Villa Ready Operators Manual Dutch Version

    Download as PDF Print this page Share this page

    Have a look at the manual Stiga Lawn Tractor 8211 0209 13 Park Villa Ready Operators Manual Dutch Version online for free. It’s possible to download the document as PDF or print. UserManuals.tech offer 5898 Stiga manuals and user’s guides for free. Share the user manual or guide on Facebook, Twitter or Google+.

    							STIGA
    PARK
    VILLA
    READY
    8211-0209-13 
    						
    							32
    NEDERLANDSNL
    1 VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
    1.1 ALGEMEEN• Lees deze voorschriften zorgvuldig door. Zorg 
    dat u bekend bent met alle 
    bedieningsmechanismen en het juiste gebruik 
    van de machine.
    • Alle bestuurders moeten zich voor gebruik 
    aanmelden voor praktische training in de 
    bediening van de machine, en deze ook volgen. 
    Hierbij moet met name worden gelet op het feit 
    dat:
    a. u wanneer u een zitmaaier bedient zorgvuldig 
    en geconcentreerd te werk moet gaan.
    b. het op hellingen niet mogelijk is een 
    schuivende zitmaaier onder controle te houden 
    door te remmen. De belangrijkste redenen voor 
    het verliezen van de controle zijn: te weinig 
    tractie, een uitzonderlijk hoge snelheid, te 
    weinig remmen, het feit dat de machine niet 
    geschikt is voor de taak, te weinig aandacht aan 
    het grondoppervlak of onjuist gebruik als een 
    sleepvoertuig.
    • Laat de machine nooit door kinderen gebruiken 
    of door iemand die niet op de hoogte is van deze 
    instructies. In gemeentelijke verordeningen 
    kunnen beperkingen worden aangegeven voor 
    de leeftijd van de bestuurder.
    • Gebruik de machine nooit wanneer anderen, 
    met name kinderen of dieren, in de buurt zijn.
    • De bestuurder is aansprakelijk voor ongelukken 
    bij anderen of schade aan het eigendom van 
    anderen.
    • Laat nooit kinderen of andere passagiers op de 
    machine met u meerijden. Ze kunnen er van af 
    vallen en ernstig gewond raken, of u kunt de 
    machine hierdoor niet meer veilig besturen.
    • Gebruik de machine niet wanneer u onder 
    invloed bent van alcohol, drugs of 
    geneesmiddelen. Gebruik de machine ook niet 
    wanneer u moe bent of zich niet lekker voelt.
    1.2 VOORBEREIDING• Draag stevige schoenen en een lange broek 
    wanneer u de machine gebruikt. Gebruik de 
    machine niet op blote voeten of met sandalen.
    • Draag geschikte kleding wanneer u de machine 
    gebruikt. Draag geen loshangende kleding, 
    sieraden, een sjaal, een das enzovoort. Deze 
    kunnen in de draaiende onderdelen vast komen 
    te zitten. Steek lang haar op.• Controleer zorgvuldig het gebied dat u wilt 
    maaien/sneeuwvrij wilt maken. Verwijder alle 
    losse stenen, takjes, stukken ijzerdraad of 
    andere vreemde voorwerpen die door de 
    machine kunnen worden uitgeworpen.
    • Waarschuwing - benzine is uiterst brandbaar.
    a. Bewaar benzine altijd in een verpakking die 
    daarvoor speciaal is bedoeld.
    b. U mag de machine alleen buiten met benzine 
    (bij)vullen. Rook nooit wanneer u de machine 
    met benzine (bij)vult.
    c. Vul de machine met benzine voordat u de 
    motor start. Verwijder nooit de vuldop en vul de 
    machine nooit met benzine wanneer de motor 
    loopt of nog warm is.
    d. Start nooit de motor wanneer u benzine hebt 
    gemorst, maar verwijder de machine van de 
    plaats waar u benzine hebt gemorst en probeer 
    te voorkomen dat er vonken ontstaan totdat de 
    benzine is verdampt.
    e. Vergeet niet na het vullen de dop op de 
    benzinetank en het vat te schroeven.
    • Vervang defecte dempers.
    • Controleer voor gebruik altijd of de messen en 
    de bevestigingsonderdelen niet zijn versleten of 
    beschadigd. Vervang versleten of beschadigde 
    onderdelen als een set, zodat de juiste balans 
    behouden blijft.
    • De accu (op elektrisch gestarte machines) geeft 
    explosieve gassen af. Houd de machine uit de 
    buurt van vonken, vuur en sigaretten. Zorg dat 
    er bij het opladen voldoende ventilatie is.
    • De accu bevat giftige stoffen. Beschadig de 
    accubehuizing niet. Zorg wanneer de behuizing 
    is beschadigd dat u niet in aanraking komt met 
    de inhoud van de accu.
    • Gooi oude, defecte accus niet bij het afval. 
    Vraag bij uw gemeente na hoe u de accu op de 
    juiste manier moet weggooien.
    • Zorg dat de accu geen kortsluiting maakt. 
    Hierbij kunnen vonken ontstaan, waardoor 
    brand kan worden veroorzaakt.
    1.3 RIJDEN• Start de motor volgens de instructies in de 
    handleiding. Houd uw voeten uit de buurt van 
    de messen.
    • Laat de motor niet lopen in besloten ruimten 
    waar gevaarlijke koolmonoxidegassen zich 
    kunnen verzamelen.
    • Gebruik de machine alleen overdag of bij goede 
    verlichting.
    • Gebruik altijd gehoorbescherming. 
    						
    							33
    NEDERLANDSNL
    • Rijd voorzichtig wanneer u obstakels nadert die 
    uw zicht beperken.
    • Houd kinderen altijd uit de buurt van het 
    werkgebied van de machine. Zorg dat een 
    andere volwassene op de kinderen let.
    • Rijd voorzichtig achteruit. Kijk voordat en 
    terwijl u achteruit rijdt, achter u om te 
    controleren of er geen obstakels aanwezig zijn. 
    Kijk uit met kleine kinderen.
    • Zet de messen en de verbinding los voordat u de 
    motor start.
    • Houd uw handen of voeten nooit bij of onder 
    draaiende onderdelen. Kijk uit voor de messen. 
    Ga nooit recht voor de uitvoeropening staan.
    • Gebruik de machine niet op een nat gazon.
    • Rijd voorzichtig op hellingen. Start of stop niet 
    plotseling wanneer u een helling op- of afrijdt.
    • Laat het koppelingspedaal langzaam los. Rijd 
    altijd met het koppelingspedaal omlaag en laat het 
    pedaal niet los wanneer u een helling af rijdt.
    • Rijd nooit dwars op de helling. Rijd van boven 
    naar beneden, en van beneden naar boven.
    • Gebruik een lage versnelling wanneer u de 
    aandrijving inschakelt, met name in lang gras. 
    Neem gas terug op hellingen en wanneer u 
    scherpe bochten maakt, om te voorkomen dat 
    de machine kantelt of u de controle over de 
    machine verliest.
    • Let goed op gaten in de grond en andere 
    verborgen gevaren.
    • Rijd niet te dicht bij greppels of hoge randen.  
    De machine kan omvallen wanneer een wiel 
    over de rand komt of wanneer de rand afbreekt.
    • Ga zorgvuldig te werk wanneer u iets sleept of 
    zware apparatuur gebruikt.
    a. Gebruik alleen een goedgekeurde 
    sleepinrichting.
    b. Houd de lading beperkt, zodat u deze goed 
    onder controle kunt houden.
    c. Maak geen plotselinge bochten. Rijd 
    voorzichtig achteruit.
    d. Gebruik wielgewichten of een gewicht op de 
    voorzijde wanneer dit in de handleiding wordt 
    aanbevolen.
    • Let goed op het verkeer bij kruispunten of in de 
    buurt van wegen.
    • Stop de messen wanneer u tijdens het maaien 
    over een ander oppervlak dan gras rijdt.
    • Richt wanneer u accessoires gebruikt de uitvoer 
    nooit op iemand die ernaast staat, en laat 
    niemand bij de machine staan wanneer deze is 
    ingeschakeld.
    • Gebruik de machine nooit met te weinig bescherming of zonder dat de 
    veiligheidsmechanismen zijn geplaatst.
    • U mag bestaande veiligheidsmechanismen niet 
    losmaken of uitschakelen. Controleer elke keer 
    voordat u de machine gebruikt of de 
    veiligheidsmechanismen werken.
    • Verander de instelling van de regelaar van de 
    motor niet en laat de motor niet op een te hoog 
    toerental lopen. Bij hoge toerentallen van de 
    motor neemt de kans op persoonlijk letsel toe.
    • Raak machineonderdelen die tijdens gebruik 
    warm worden, niet aan. U loopt dan de kans op 
    brandwonden.
    • Verlaat de zitplaats van de bestuurder alleen 
    wanneer u:
    a. het krachtafneempunt hebt uitgeschakeld en 
    de accessoires omlaag hebt gezet.
    b. de versnelling in de neutrale stand hebt gezet 
    en de parkeerrem hebt geactiveerd.
    c. de motor hebt uitgeschakeld en de sleutel 
    hebt verwijderd.
    • Gebruik alleen accessoires die zijn 
    goedgekeurd door de fabrikant van de machine.
    • U mag de machine niet gebruiken zonder dat u 
    in de gereedschapsbevestigingspunten van de 
    machine accessoires/gereedschappen hebt 
    geplaatst. Rijden zonder accessoires kan een 
    negatief effect hebben op de stabiliteit van de 
    machine.
    • Ga voorzichtig te werk wanneer u een 
    grasopvangbak of andere accessoires gebruikt. 
    Hierdoor kan de stabiliteit van de machine 
    veranderen. Dit geldt met name op hellingen.
    • Schakel de aandrijving van de accessoires uit, 
    schakel de motor uit en maak de bougiekabel 
    los of verwijder het contactsleuteltje:
    a. wanneer u takjes en vuil moet verwijderen als 
    de uitvoer verstopt is geraakt.
    b. wanneer u de machine wilt controleren, 
    reinigen of onderhoud aan de machine wilt 
    verrichten.
    c. wanneer u wilt controleren of er schade is 
    ontstaan en reparaties wilt uitvoeren voordat u 
    de machine na een botsing met een vreemd 
    voorwerp weer start en in gebruik neemt.
    d. Wanneer u de machine wilt controleren 
    wanneer deze sterk begint te trillen. (Controleer 
    de machine direct.)
    • Maak de aandrijving naar de accessoires los 
    tijdens transport of wanneer u de machine niet 
    gebruikt. 
    						
    							34
    NEDERLANDSNL
    • Schakel de motor uit en maak de aandrijving 
    naar de accessoires los:
    a. voordat u de machine met benzine vult.
    b. voordat u de grasopvangbak verwijdert.
    c. voordat u de hoogte aanpast, wanneer dit niet 
    mogelijk is vanaf de positie van de bestuurder.
    • Zet de machine in een lagere versnelling 
    wanneer u de motor wilt uitschakelen. Wanneer 
    de motor is uitgerust met een brandstofafsluiter, 
    moet u deze uitschakelen wanneer het werk 
    klaar is.
    • Wees voorzichtig wanneer u een machine hebt 
    met meerdere maaidekken, want als er één mes 
    draait, kunnen de andere messen ook gaan 
    draaien. 
    • U mag met de machine, uitgerust met de 
    oorspronkelijke accessoires, niet rijden op een 
    helling met een steilere hellingshoek dan 10º.
    • De oorspronkelijke messen van het maaidek 
    mogen niet worden vervangen door niet-
    oorspronkelijke messen die bijvoorbeeld zijn 
    bedoeld voor verwijdering van mos. Wanneer u 
    dergelijke messen gebruikt, vervalt de garantie. 
    Ook bestaat de kans op ernstig letsel of schade 
    aan personen of eigendom. 
    • Ga voorzichtig te werk bij het laden en ontladen 
    van de machine op een vrachtwagen of 
    aanhangwagen.
    1.4 ONDERHOUD EN OPBERGEN• Zet alle schroeven en moeren zo vast dat de 
    machine veilig kan worden gebruikt.
    • Controleer regelmatig of de schroeven van de 
    messen van het maaidek stevig vast zitten. 
    • Controleer regelmatig de werking van de 
    remmen. Onderhoud de remmen goed en 
    repareer ze indien nodig. 
    • Berg de machine nooit op met benzine in de 
    tank in gebouwen waar de dampen in aanraking 
    kunnen komen met open vuur of vonken.
    • Laat de motor afkoelen voordat u de machine 
    opbergt.
    • Zorg ter voorkoming van brandgevaar dat er 
    geen gras, bladeren of overtollige olie in de 
    motor, demper, accu en benzinetank komen.
    • Controleer regelmatig of de grasopvangbak is 
    versleten of beschadigd.
    • Vervang versleten of beschadigde onderdelen 
    voor de veiligheid.
    • Gebruik altijd originele reserveonderdelen. 
    Niet-originele reserveonderdelen kunnen 
    verwondingen veroorzaken, ook al passen ze in 
    de machine.• Vervang beschadigde waarschuwings- en 
    instructiestickers.
    • Wanneer er geen mechanische vergrendeling 
    aanwezig is voor de transportpositie, moet u het 
    maaidek omlaag zetten wanneer u de machine 
    parkeert, opbergt of onbewaakt achterlaat. 
    • Wanneer u de benzinetank moet leegmaken, 
    moet u dit buiten doen.
    • Berg de machine zo op dat kinderen deze niet 
    kunnen bereiken.
    • De accu bevat zuur. Bij mechanische schade of 
    overlading kan het zuur uit de accu lekken. 
    • Overlaad de accu nooit. Door overlading van de 
    accu kan deze ontploffen, waarbij het zuur alle 
    kanten opspat.
    • Als u het zuur in uw ogen of op uw huid krijgt, 
    kan dit ernstig letsel veroorzaken. Als er zuur 
    op uw lichaam terechtkomt, moet u het 
    betreffende lichaamsdeel onmiddellijk 
    afspoelen met een ruime hoeveelheid water en 
    zo snel mogelijk medische hulp zoeken.
    • Zuurdampen kunnen bij inademing letsel 
    veroorzaken aan slijmvliezen en andere 
    inwendige organen. Zoek onmiddellijk 
    medische hulp als u zuurdampen hebt 
    ingeademd.
    • Zuur kan ernstige schade veroorzaken aan 
    gereedschappen, kleding en ander materiaal. 
    Spoel gemorst zuur onmiddellijk weg met 
    water.
    • Zorg dat de accu geen kortsluiting maakt, want 
    dan kunnen er vonken en brand ontstaan. Zorg 
    dat metalen sieraden niet in contact kunnen 
    komen met de accupolen.
    • Als er schade is ontstaan aan de behuizing, het 
    deksel of de contactpunten van de accu of als er 
    interferentie optreedt bij de strip die over de 
    kleppen ligt, moet de accu vervangen worden.
    2 OPBERGEN
    Maak de benzinetank leeg. Start de motor en laat 
    deze lopen totdat ze stopt.
    Vervang de olie terwijl de motor nog warm is. 
    Schroef de bougie los en giet een eetlepel olie in de 
    cilinder. Laat de motor enkele slagen draaien zodat 
    de olie in de cilinder wordt verspreid. Plaats de 
    bougie. 
    Reinig de volledige machine. Het is met name 
    belangrijk om onder het maaidek te reinigen. Werk 
    beschadigde verf bij om roest te voorkomen.
    Berg de machine binnen op een droge plaats op. 
    						
    							35
    NEDERLANDSNL
    Machines met een elektrische starter:
    Verwijder de accu. Bewaar deze goed opgeladen 
    op een koele plaats (tussen de 0°C en de 15°C) 
    Op de juiste bewaartemperatuur zou de accu elke 
    vier maanden moeten worden opgeladen.
    Het accuzuur is extreem bijtend en kan 
    verwondingen en beschadigingen aan 
    de huid en aan kleding veroorzaken. 
    Draag altijd rubberen handschoenen en 
    een bril (veiligheidsbril) om uw ogen te 
    beschermen. Adem geen zuurdampen 
    in.
    Laat de accu niet te veel hellen, want 
    dan kan het accuzuur eruit lopen op de 
    handen of de kleding. Spoel wanneer dit 
    gebeurt, het zuur met veel water af.
    3 REPARATIES
    Bevoegde servicewerkplaatsen voeren reparaties 
    en garantiewerkzaamheden uit. Ze gebruiken 
    originele reserveonderdelen.
    Originele STIGA-onderdelen en accessoires 
    zijn speciaal ontworpen voor STIGA-machines. 
    Niet-originele onderdelen en accessoires zijn 
    niet gecontroleerd of goedgekeurd door 
    STIGA. 
    Het gebruik van dergelijke onderdelen 
    kan de werking en veiligheid van de 
    machine aantasten. STIGA is niet 
    verantwoordelijk voor schade of 
    verwondingen die zijn veroorzaakt 
    door dergelijke producten.
    Originele reserveonderdelen worden 
    geleverd door servicewerkplaatsen en een groot 
    aantal dealers.
    Een lijst van deze dealers en werkplaatsen is te 
    vinden op de website van STIGA op: 
    www.stiga.com.
    Wij raden u aan de machine eens per jaar naar een 
    bevoegde servicewerkplaats te brengen voor 
    service, onderhoud en controle van de 
    veiligheidsmechanismen.
    4 AANKOOPVOORWAARDEN
    Fabricagefouten en materiaaldefecten vallen 
    volledig onder de garantie. De gebruiker dient de 
    instructies in de bijgeleverde documentatie 
    zorgvuldig op te volgen.
    Garantieperiode
    Gebruik consument: twee jaar na aankoopdatum.
    Professioneel gebruik: 300 uur of 3 maanden 
    (periode die het eerst wordt bereikt).
    Voor Stiga Park en Stiga Villa is het mogelijk om 
    de garantie met 1 jaar uit te breiden als aan de 
    voorwaarden in het serviceboek is voldaan. 
    Voor accus: 6 maanden na aankoopdatum.
    Uitzonderingen
    De garantie geldt niet in de volgende gevallen:
    - nalatigheid van de gebruiker zich op de hoogte 
    te stellen van de bijgeleverde documentatie
    - onachtzaamheid 
    - onjuist en ongeoorloofd gebruik of onjuiste en 
    ongeoorloofde montage
    - het gebruik van niet-originele 
    reserveonderdelen
    - het gebruik van accessoires die niet door Stiga 
    zijn geleverd of goedgekeurd
    De garantie geldt ook niet voor:
    - aan slijtage onderhevige onderdelen zoals 
    bladen, riemen, wielen en kabels
    - normale slijtage
    - motor en versnellingsbak. Dergelijke zaken 
    vallen onder de garantie van de bijbehorende 
    fabrikant met aparte voorwaarden.
    Op alle aankopen is de nationale wetgeving in het 
    land van de koper van toepassing. De rechten die 
    de koper aan de nationale wetgeving in zijn land 
    kan ontlenen worden niet beperkt door deze 
    garantie. 
    						
    							36
    NEDERLANDSNL
    5  PRODUCTIDENTITEIT
    De identiteit van het product wordt bepaald door 
    twee onderdelen:
    1. De artikel- en serienummers op de machine:
    2. Het model-, type- en serienummer van de 
    motor.
    Gebruik deze identificatietermen tijdens al het 
    contact met de servicewerkplaatsen en bij de 
    aankoop van reserveonderdelen.
    Schrijf zo snel mogelijk na aanschaf van de 
    machine het bovenstaande nummer op de laatste 
    pagina van deze uitgave. 
    6 MILIEU
    Om milieutechnische redenen bevelen wij u aan 
    specifieke aandacht te besteden aan de volgende 
    punten:
    • Gebruik altijd alcylaatbenzine 
    (“milieuvriendelijke benzine“).
    • Gebruik altijd een trechter en/of een benzinekan 
    met overloopbeveiliging om te voorkomen dat 
    u morst wanneer u de machine met benzine 
    vult. 
    • Vul de benzinetank niet helemaal tot aan de 
    rand. 
    • Voeg niet te veel motor- en/of transmissieolie 
    toe (zie de gebruikersinstructies voor de juiste 
    hoeveelheid). 
    • Vang alle olie op tijdens het olie verversen. 
    Zorg dat u geen olie morst. Lever de olie in bij 
    een recyclingstation. 
    • Gooi vervangen oliefilters niet bij het normale 
    afval. Lever ze in bij een recyclingstation. 
    • Gooi vervangen loodaccus niet bij het normale 
    afval. Lever de accu in bij een accu-
    inzamelingspunt voor recycling.
    • Vervang de demper wanner deze defect is. 
    Gebruik altijd oorspronkelijke 
    reserveonderdelen wanneer u reparaties 
    uitvoert. 
    • Wanneer de machine oorspronkelijk was 
    voorzien van een katalysator en deze defect is 
    geraakt, moet u de oude katalysator verwijderen 
    en een nieuwe installeren. 
    • Laat de carburator indien nodig altijd door een 
    specialist afstellen. 
    • Reinig het luchtfilter volgens de instructies (zie 
    gebruikersinstructies). 
    7 VERZEKER UW ZITMAAIER
    Controleer of uw nieuwe zitmaaier verzekerd is. 
    Neem contact op met uw 
    verzekeringsmaatschappij.
    U dient een volledige verzekering te hebben voor 
    verkeersongevallen, brand, schade en diefstal.
    GGP behoudt zich het recht voor zonder 
    voorafgaande aankondiging wijzigingen in het 
    product aan te brengen.  
    						
    							www.stiga.com
    GGP Sweden AB · Box 1006 · SE-573 28 TRANÅS 
    						
    All Stiga manuals Comments (0)

    Related Manuals for Stiga Lawn Tractor 8211 0209 13 Park Villa Ready Operators Manual Dutch Version