Panasonic Ey7541 Operating Instructions Manual
Have a look at the manual Panasonic Ey7541 Operating Instructions Manual online for free. It’s possible to download the document as PDF or print. UserManuals.tech offer 10737 Panasonic manuals and user’s guides for free. Share the user manual or guide on Facebook, Twitter or Google+.

- 51 - [Pacco batteria Li-ion] Tempo di caricamento3 Ah 14,4 V1,6 V8,8 V EY9L40 EY9L60EY9L80 Utilizzabile: 35 min.Utilizzabile: 45 min.Utilizzabile: 55 min. Completa: 50 min.Completa: 60 min.Completa: 70 min. Tempo di caricamento3,3 Ah 14,4 V EY9L41 Utilizzabile: 45 min. Completa: 60 min. [Pacco batteria Ni-MH/Ni-Cd] Tempo di caricamento 7, V 9,6 V 1 V 15,6 V 18 V 4 V 1, Ah EY9065 EY9066 EY9080 EY9086 EY9001 0 min. 1,7 Ah EY9180 EY918 EY9101 EY91035 min. Ah EY9168 EY9188 EY9106 EY9107 EY9108EY9136 EY9116 EY9117 30 min.60 min. 3 Ah EY900 EY930 EY91045 min.90 min. 3,5 AhEY901 EY931 EY95155 min.65 min. NOTA: Questa tabella può includere dei modelli non disponibili nella propri\ a area. Fare riferimento al catalogo generale più recente. NOTA: Per il nome e l’indirizzo del rivenditore, consultare la scheda di ga\ ranzia acclusa.

- 5 - Lees de “Veiligheidsadviezen” in het af- zonderlijke boekje en de onderstaande voorschriften alvorens gebruik. I. EXTRA VEILIGHEIDS- VOORSCHRIFTEN 1) Draag oorbescherming wanneer u het gereedschap gedurende langere tijd achtereen gebruikt. ) Denk eraan dat dit gereedschap altijd gebruiksklaar is zonder dat er een stekker in het stopcontact gestoken hoeft te wor - den. 3) Bij het boren of schroeven in muren en vloeren is het mogelijk dat u elektriciteits- draden raakt. RAAK DERHALVE NOOIT DE ZESKANTBOORKOP OF ANDE - RE METALEN ONDERDELEN VAN HET GEREEDSCHAP AAN! Houd het gereed- schap alleen aan de plastic han dgreep vast zodat u geen elektrische schok krijgt als u per ongeluk een elektric iteits draad raakt. 4) Bedien de links/rechtsschakelaar NIET zolang de startschakelaar is ingedrukt. Anders wordt de accu snel ontladen en kan het gereedschap worden beschadigd. 5) De acculader wordt tijdens het opladen warm. Dit is normaal. Laad de accu echter NIET te lang op. 6) Zet de links/rechtsschakelaar in de mi ddelste stand (schakelaarvergrendeling) indien u het gereedschap opbergt of meeneemt. 7) Overbelast het gereedschap niet door de startschakelaar (toerentalregeling) slechts zo ver in te drukken dat de motor tot stil- stand komt. Symbool Betekenis VVolt Gelijkstroom n0Onbelast … min-1Omwentelingen of toeren per minuut AhElektrische capaciteit van de accu Lees voor gebruik de gebruiksaanwijzing. Alleen voor gebruik binnenshuis. WAARSCHUWING: • Gebruik enkel Panasonic accu's die bestemd zijn voor gebruik met dit oplaad - bare gereedschap. • Gooi de accu nooit in vuur of stel deze ook niet aan overmatige hitte bloot. • Sla geen nagels en dergelijke in de accu en stel deze ook niet bloot aan schokken. Probeer de accu ook niet te demonteren of er wijzigingen in aan te brengen. • Zorg dat de accupolen niet in contact komen met metalen voorwerpen. • Berg de accu niet in dezelfde doos op waa - rin nagels of andere metalen voorwerpen zijn. • Laad de accu niet op een plaats met hoge temperaturen op, zoals in de buurt van een vuur of in direct zonlicht. De accu kan oververhit worden, in brand vliegen of exploderen. • Gebruik uitsluitend de voorgeschreven acculader voor het opladen van de accu. De accu zou anders kunnen gaan lekken, oververhit worden of exploderen. • Bevestig altijd het accudeksel nadat u de accu van het gereedschap of de acculader hebt losgemaakt. Het is anders mogelijk dat de accupolen kortgesloten worden met mogelijk brand tot gevolg.

- 53 - II. MONTAGE OPMERKING:Maak de accu los van het gereedschap of zet de startschakelaar in de middelste stand (schakelaa rvergrendeling) alvorens een bit of dop te verwijderen of te bevestigen. Bevestigen of verwijderen van de dop 1. Bevestigen van de dop Bevestig de dop door de opening in de onderkant van de dop over het vierkante aandrijfeind van het gereedschap te schuiv - en. Zorg dat de dop stevig aan het gereed schap is bevestigd. . Verwijderen van de dop Trek de dop los van het gereedschap. OPMERKING:Bevestigen of verwijderen van de originele opties en doppen Zorg dat de temperatuur van het gereedschap boven het vriespunt (0°C) is bij het bevestigen of losmaken van de originele opties en doppen aan het vierkante aandrijfeind. Het rubber in het vierkante aandrijfeind dat de kogel omhoogduwt kan hard worden bij temperaturen onder het vriespunt. Hierdoor is extra kracht vereist bij het los- en vastmaken van de doppen. Bevestigen en verwijderen van de accu 1. Bevestigen van de accu: Zet de uitlijntekens tegenover elkaar en bevestig de accu. • Schuif de accu op het gereedschap totdat deze op de plaats vastklikt. Uitlijntekens . Verwijderen van de accu: Duw vanaf de voorkant tegen de knop om de accu los te maken. Knop III. BEDIENING [Op het gereedschap] Bediening van de startschake - laar en de links/rechtsschakelaar Rechts Links Vergrendelstand OPGELET:Bedien de links/rechtsschakelaar niet voordat de bit volledig tot stilstand is gekomen, om beschadiging van de motor te voorkomen. Bediening van de schake- laar voor rechtsomdraaien 1. Druk de schakelaar voor rechtso mdraaien in. . Druk de startschakelaar iets in om het gereedschap langzaam te laten beginnen met draaien. 3. De snelheid neemt toe naarmate de startschakelaar verder wordt ingedrukt, zodat u de schroeven optimaal kunt vast - draaien. Wanneer de startschakelaar wordt losgelaten, treedt de rem in werking en zal de bit meteen stoppen. 4. Zet de schakelaar na gebruik in de mid - delste stand (vergrendelstand).

- 54 - Bediening van de schake- laar voor linksomdraaien 1. Druk de schakelaar voor linksomdraaien in. Controleer vóór gebruik de draairichting van de boorkop. . Druk de startschakelaar iets in om het gereed - schap langzaam te laten beginnen met draaien. 3. Zet de schakelaar na gebruik in de mid - delste stand (vergrendelstand). OPGELET:• Gebruik het gereedschap niet ononder- broken met twee of meer accu's achter elkaar, om oververhitting te voorkomen. Het gereedschap moet voldoende zijn afgekoeld voordat u met een volgende accu kunt beginnen. Gebruik van de riemclip WAARSCHUWING! • Zorg ervoor dat de riemclip stevig aan de behuizing van het gereedschap wordt bevestigd door de schroef goed vast te draaien. Als de schroef niet goed vastz - it, kan de riemclip losraken waardoor het ge reedschap kan vallen. Dit kan lichamelijk letsel of beschadiging van het gereedschap tot gevolg hebben. • Controleer regelmatig of de schroef goed vastzit. Draai de schroef indien nodig ste - vig vast. • Bevestig de riemclip goed en stevig aan de broekriem of gordel. Let er op dat het ge reedschap niet van de riem losschiet. Dit kan lichamelijk letsel of beschadiging van het gereedschap tot gevolg hebben. • Ga niet hardlopen of springen terwijl het gereedschap aan de riemclip hangt. De riemclip kan van de riem losschieten waardoor het gereedschap valt. Dit kan lichamelijk letsel of beschadiging van het gereedschap tot gevolg hebben. • Zet de riemclip in de bewaarstand wan - neer de clip niet wordt gebruikt. Anders kan de riemclip achter andere voorwerpen blijven hangen. Dit kan lichamelijk letsel of beschadiging van het gereedschap tot gevolg hebben. • Bevestig geen andere bit dan een schroef - bit aan het gereedschap wanneer dit aan de riemclip wordt gedragen. Scherpe voor- werpen, zoals boren en schroefbits, kun - nen lichamelijk letsel veroorzaken. Instellen van de stand van de riemclip 1. Verschuif de borghendel voor de riemclip 1 en houd de hendel vast om de riemclip te ontgrendelen. 2 1 3 . Trek de riemclip uit de bewaarstand 2 en zet deze in de juiste stand. 3. Laat de borghendel voor de riemclip los om de riemclip in de gekozen stand te vergrendelen. 4. Controleer of de riemclip goed vastzit. Zorg ook dat de borghendel van de riem - clip stevig vergrendeld is 3. • De riemclip kan niet in deze stand vergrendeld worden. Zorg dat de riemclip degelijk ver - grendeld is voordat u het gereedschap gebruikt. Om de riemclip in de bewaarstand terug te brengen, volgt u de bovenstaande stappen 1 en en haalt dan de riemclip omlaag. Om de riemclip in deze stand te vergren - delen, volgt u de bovenstaande stappen 3 en 4. Verplaatsen van de riem - clip De riemclip kan aan beide zijden van het ger- eedschap worden bevestigd. 1. Zet de riemclip in de bewaarstand. . Draai de schroef met behulp van een plat stukje metaal of een platte schroe- vendraaier linksom los. 3. Pak de riemclip en steek deze in de gleuf aan de andere zijde van het gereedschap. 4. Draai de schroef rechtsom vast. De riemclip kan alleen vanuit de bewaa rstand uit het gereedschap worden genomen.

- 55 - Bedieningspaneel (1) () (4) (3) (1) Kiezen van de slagkrachtinstelling Er zijn drie instellingen voor de slagkracht (zacht, medium, hard). Druk op de slagkrachtfunctietoets om de gewenste instelling te kiezen. Bij enkele malen indrukken van de toets wordt er omgeschakeld tussen zacht, medium en hard. Bij het verlaten van de fabriek is de slag - kracht van de schroevendraaier ingesteld op “hard”. Tabel met aanbevolen werkrichtlijnen Display voor slag- krachtfunctie Aanbevolen toepassing H Klussen die een hoog aanhaalmoment vereisen waarbij er geen kans bestaat dat de bout of schroef breekt, de kop afknapt of de bit losraakt. (Bij deze instelling wordt het maximale aanhaalmoment verkregen.) Geschikte toepassingen zijn: Vastdraaien van M8 en grotere bouten Vastdraaien van lange schroeven in wanden binnenshuis 0 - 300 tpm en 0 - 3000 spm M Klussen die een minder hoog aanhaalmoment vereisen waar de kans bestaat dat de schroef breekt of de kop afknapt. (Bij deze instelling is het aanhaalmoment beperkt.) Geschikte toepassingen zijn: Vastdraaien van bouten met een kleine diameter (M6) Vastdraaien van metaalwerk-schroeven bij het bevestigen van montageonderdelen 0 - 1400 tpm en 0 - 800 spm S Klussen die een minder hoog aanhaalmoment vereisen waar de kans bestaat dat de schroef breekt, de kop afknapt of de bit losraakt, met beschadiging van een afgewerkt oppervlak tot gevolg. (Bij deze instelling is het aanhaalmoment beperkt.) Geschikte toepassingen zijn: Vastdraaien van bouten met een kleinere diameter dan M6 die gemakkelijk kunnen breken Vastdraaien van schroeven in een plastic vorm Monteren van gipsplaten 0 - 1000 tpm en 0 - 000 spm * spm = slagen per minuut (2) LED-lampje Trek altijd een keer aan de hoofdschakelaar voordat u het LED- lampje gebruikt. Druk op om het LED-lampje in en uit te schakelen. Het lampje verbruikt erg weinig stroom en zal de prestatie van het gereedschap en de capa - citeit van de accu bijna niet beïnvloeden. OPGELET:• Het ingebouwde LED-lampje is slechts bedoeld om het werkgebied kortstondig te verlichten. • Gebruik het lampje niet als vervanging voor een normale zaklantaarn, want het licht is niet sterk genoeg. • Het LED-lampje gaat automatisch uit wanneer het gereedschap langer dan 5 minuten niet wordt gebruikt. Opgelet: KIJK NIET RECHTSTREEKS IN DE LICHTSTRAAL. Het gebruik van bedieningsorganen, het maken van afstellingen of het uitvoeren van procedures die niet in deze handleiding staan beschreven, kan leiden tot blootstelling aan gevaarlijke straling. (3) Oververhitting-waarschuwingslampje Uit (normale werking) Knippert: Oververhitting De werking van het gereed- schap is gestopt omdat de accu te heet is geworden. De oververhitting-beveiligingsfunctie zorgt ervoor dat het gereedschap stopt

- 56 - w a n n e e r d e a c c u t e h e e t w o r d t . H e t oververhitting-waarschuwingslampje op het bedieningspaneel knippert wanneer deze beveiligingsfunctie is geactiveerd. • Wanneer de oververhitting-beveiligings - functie is geactiveerd, moet u het ge - reedschap goed laten afkoelen (mins - tens 30 minuten). Het gereedschap kan weer gebruikt worden wanneer het over- verhitting-waarschuwingslampje uitgaat. • Zorg ervoor dat u het gereedschap niet zodanig gebruikt dat de oververhitting- beveiligingsfunctie veelvuldig in werking treedt. (4) Waarschuwingslampje voor lage accu- spanning Uit (normale werking Knippert (Accu is ontladen) De accu-beveiligings- functie is geactiveerd. Buitensporige (volledige) ontlading van een Li-ion accu heeft een zeer nadelige invloed op de levensduur van de accu. Het gereedschap is uitgerust met een accu-beveiligingsfunctie om buitensporige ontlading van de accu te voorkomen. • D e a c c u - b e v e i l i g i n g s f u n c t i e w o r d t geactiveerd meteen voordat de accu ontladen is en zorgt ervoor dat het w aarschuwingslampje voor lage accu - spanning begint te knipperen. • Als u ziet dat het waarschuwingslampje voor lage accuspanning knippert, moet u de accu meteen opladen. [Accu] Voor een juist gebruik van de accu Li-ion accu (EY9L40/EY9L41) • Voor een optimale levensduur van de Li-ion accu moet u de accu na gebruik opbergen zonder dat u deze oplaadt. • Kijk bij het laden van de accu of de aansluit- ingen op de acculader vrij zijn van vreemde bestanddelen zoals stof en water, enz. Reinig de aansluitingen als u vreemde bes- tanddelen op de aansluitingen aantreft. D e levensduur van de accu-aansluitingen kan tijdens gebruik nadelig beïnvloed wor- den door vreemde bestanddelen zoals stof en water, enz. • Wanneer de accu niet wordt gebruikt, dient u deze uit de buurt van metalen voorwerpen te houden zoals paperclips, munten, sleutels, n agels, schro even of andere kleine metal - e n voo rwerpen die de aansluitpunten van de accu met elkaar in contact kunnen brengen. Wanneer de aansluitpunten van de accu worden kortgesloten, kan dit resulteren in vonken, brandwonden of zelfs brand. • Zorg er bij gebruik van de accu voor dat de werkplaats goed geventileerd is. • Wanneer de accu van het geree dschap wordt losgemaakt, moet u meteen het accudeksel op de accu aanbrengen om te voorkomen dat er stof en vuil op de accu- aansluitingen komt waardoor er kortsluiting kan ontstaan. Levensduur van de accu De levensduur van de oplaadbare accu is niet onbeperkt. U dient een nieuwe accu aan te schaffen indien de gebruikstijd na de accu geladen te hebben aanzienlijk korter wordt. Recyclen van de accu ATTENTIE:Om het milieu te beschermen en nog - maals bruikbare materialen te recy - clen, dient u de accu naar een hiervoor bestemd inzamelpunt te brengen. Li-ion accu EY9L40/EY9L41 Bij dit product zijn batterijen geleverd. Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet weggooien maar inleveren als KCA.

- 57 - [Acculader] Opladen Belangrijke informatie voor Li- ion accu’s •Als de temperatuur van de accu lager wordt dan ongeveer −10°C, zal het oplad - en automatisch stoppen om een verslech - tering van de toestand van de accu te voorkomen. Algemene informatie voor Li- ion/Ni-MH/Ni-Cd accu’s • De optimale omgevingstemperatuur is tus - sen 0°C (3 °F) en 40°C (104°F). Als de accu wordt gebruikt terwijl de temper - atuur van de accu lager is dan 0°C (3 °F), kan het voorkomen dat het elektrisch ger - eedschap niet goed functioneert. • Laat een koude accu (kouder dan 0°C (3 °F)), voordat deze wordt opgeladen in een warme omgeving, eerst minimaal een uur in deze ruimte liggen om op temperatuur te komen. • Laat de lader afkoelen wanneer u meer dan twee accu’s na elkaar oplaadt. • Steek uw vingers niet in de contac topening wanneer u de lader vastpakt . OPGELET:Om brandgevaar en beschadiging van de acculader te voorkomen. • Gebruik geen stroom van een motor - generator. • Voorkom dat de ventilatiegaten van de lader en de accu worden bedekt. • Maak de acculader los wanneer deze niet wordt gebruikt. Li-ion accu OPMERKING: De accu is niet volledig opgeladen wanneer u deze koopt. Laad de accu daarom voor gebruik op. Acculader (EY0L80) 1. Steek de lader in een stopcontact. OPMERKING:Wanneer de stekker in het stopcontact wordt gestoken, kunnen er vonken zijn, maar dit is niet gevaarlijk. . Plaats de accu goed in de lader. 1 Zet de uitlijntekens tegenover elkaar en plaats de accu in de acculader. Schuif de accu in de richting van de pijl naar voren. Uitlijntekens 3. De laadindicator licht op tijdens het laden.Wanneer de accu is geladen, wordt auto- matisch een interne elektronische schake- ling geactiveerd die voorkomt dat de accu wordt overladen. • Wanneer de accu warm is, zal deze niet worden opgeladen (bijvoorbeeld direct na intensief gebruik). De oranje standby-indicator knippert tot de accu is afgekoeld. Vanaf dat moment wordt de accu auto- matisch opnieuw geladen. 4. De laadindicator (groen) knippert langzaam wanneer de accu ongeveer 80% is opgela - den. 5. Wanneer het opladen is voltooid, zal de laadindicator snel groen gaan knipperen. 6. Als de temperatuur van de accu 0°C of lager is, duurt het volledig opladen van de accu langer dan de standaard oplaadtijd. Zelfs wanneer de accu volledig opgeladen is, zal deze ongeveer 50% minder vermogen hebben dan een bij normale bedrijfstemperat - uur volledig opgeladen accu. 7. Als de spanningsindicator niet meteen op - licht nadat de acculader op een stopcontact is aangesloten of als de laadindicator niet snel groen knippert nadat de standaard op - laadtijd is verstreken, moet u contact opne - men met een officiële dealer. 8. Als een volledig opgeladen accu opnieuw in de acculader wordt geplaatst, zal het oplaadlampje oplichten. Na enkele minuten kan het oplaadindicatielampje snel gaan knipperen om aan te geven dat het opladen is voltooid. Ni-MH/Ni-Cd accu OPMERKING:Laad een nieuwe accu, of een accu die u voor een lange tijd niet heeft gebruikt, ca. 4 uur op voor het verkrijgen van een optimale gebruikstijd.

- 58 - Acculader (EY0L80) 1. Steek de lader in een stopcontact. OPMERKING:Wanneer de stekker in het stopcontact wordt gestoken, kunnen er vonken zijn, maar dit is niet gevaarlijk. . Plaats de accu goed in de lader. 3. De laadindicator licht op tijdens het laden.Wanneer de accu is geladen, wordt auto- matisch een interne elektronische schake- ling geactiveerd die voorkomt dat de accu wordt overladen. • Wanneer de accu warm is, zal deze niet worden opgeladen (bijvoorbeeld direct na intensief gebruik). De oranje standby-indicator knippert tot de accu is afgekoeld. Vanaf dat moment wordt de accu automatisch opnieuw geladen. 4. Wanneer het opladen is voltooid, zal de laadindicator snel groen gaan knipperen. 5. Als het oplaadindicatielampje niet onmid - dellijk oplicht nadat de lader is ingestoken, of als na de normale oplaadtijd het lampje niet dooft, roep dan de hulp in van een erkende dealer. 6. Als een volledig opgeladen accu opnieuw in de acculader wordt geplaatst, zal het oplaadlampje oplichten. Na enkele minuten kan het oplaadindicatielampje snel gaan knipperen om aan te geven dat het opladen is voltooid. LAMPINDICATIES Brandt groen Lader is aangesloten op een stopcontact. Klaar om op te laden. Knippert snel groen Opladen voltooid. (Volledig opgeladen.) Knippert groen De accu is ongeveer 80% opgeladen. (Voldoende opgeladen. Alleen Li-ion) Brandt groen Aan het opladen. Brandt oranje De accu is koud. De accu wordt langzaam opgeladen om de belasting van de accu te verminderen. (Alleen Li-ion) Knippert oranje De accu is warm. Het opladen zal beginnen wanneer de tem - peratuur van de accu is gedaald. Als de temperatuur van de accu minder dan −10°C is, zal de laadindicator (oranje) ook gaan knipperen. Het opl aden begint wanneer de statustemperatuur van de accu hoger wordt. (Alleen Li-ion) Laadstatusindicator De aanduiding is Links: groen en Rechts: oranje. Knippert snel oranje en groen Opladen is niet mogelijk. Stof op de accu of accu defect.

- 59 - Informatie voor gebruikers betreffende het verzamelen en ver- wijderen van oude uitrustingen en lege batterijen Deze symbolen op de producten, verpakkingen, en/of begeleidende documenten betekenen dat gebruikte elektrische en elektronische producten en batterijen niet met het algemene huishoudelijke afval gemengd mogen worden. Voor een correcte behandeling, recuperatie en recyclage van oude producten en lege batterijen moeten zij naar de bevoegde verzamelpunten gebracht worden in o vereenstemming met uw nationale wetgeving en de Richtlijnen 00 /96/EC en 006/66/EC. Door deze producten en batterijen correct te verwijderen draagt u uw steentje bij tot het beschermen van waardevolle middelen en tot de preventie van potentiële negatieve effecten op de gezondheid van de mens en op het milieu die anders door een onvakkundige afvalverwerking zouden kunnen ontstaan. Voor meer informatie over het verzamelen en recycleren van oude producten en batterijen, gelieve contact op te nemen met uw plaatselijke gemeente, uw afvalverwijderingsdiensten of de winkel waar u de goederen gekocht hebt. Voor een niet-correcte verwijdering van dit afval kunnen boetes opgelegd worden in overeenstemming met de nationale wetgeving. Voor zakengebruikers in de Europese Unie Indien u elektrische en elektronische uitrusting wilt vewijderen, neem dan contact op met uw dealer voor meer informatie. [Informatie over de verwijdering in andere landen buiten de Europese Unie] Deze symbolen zijn enkel geldig in de Europese Unie. Indien u wenst deze producten te verwijderen, neem dan contact op met uw plaatselijke autoriteiten of dealer, en vraag informatie over de correcte wijze om deze producten te verwijderen. Opmerking over het batterijensymbool (beneden twee voorbeel - den): Dit symbool kan gebruikt worden in verbinding met een chemisch symbool. In dat geval wordt de eis, vastgelegd door de Richtlijn voor de betrokken chemische product\ en vervuld. IV. ONDERHOUD Maak het gereedschap met een droge, zachte doek schoon. Gebruik nooit een vochtige doek, witte spiritus, benzine of andere ontvlambare middelen om het g ereedschap schoon te maken. V. AANHAALMOMENT De kracht die vereist is voor het vas tdraaien van een bout hangt af van het materiaal en de afmet- ing van de bout, en het materiaal waarin de bout gedraaid wordt. De aanhaaltijd moet daarop worden aangepast. De onderstaande waarden zijn bedoeld als refer- entie. ( De feitelijke waarden kunnen verschi llen afhankelijk van de aanhaalomstandi gheden.) Factoren die het aanhaa lmoment beïnvloeden Het aanhaalmoment wordt beïnvloed door een groot aantal factoren, die hierna worden beschre- ven. Controleer het aanhaalmoment altijd met een momentsleutel. 1) Spanning Naarmate de accu leger wordt, neemt de spanning af en daarmee ook het aa\ nhaalmoment.

- 60 - Aanhaalmomenten van bouten M12M14 M16 M10 0,00 ,5 1,0 1,5 2,0 2,5 3,0 196,0(2000) 147,0 (1500) 98,0 (1000) 49,0 (500) Aanhaaltijd (sec.) M10×35 mm M1, M14, M16×45 mm Standaardbout Aanhaalmoment N·m (kgf-cm) 0,00 ,5 1,0 1,5 2,0 2,5 3,0 M12 M10 M8 196,0(2000) 147,0 (1500) 98,0 (1000) 49,0 (500) Aanhaaltijd (sec.) M8, M10×35 mm M1×45 mm Hoogwaardige bout Aanhaalmoment N·m (kgf-cm) Bout Moer Onderlegring Plaatstaal dikte 10 mm (3/8") Onderlegring Veerring Aanhaalomstandigheden • De volgende bouten zijn gebruikt. Standaardbout: Sterktetype 4,8 Hoogwaardig type 1,9 4,8 Verklaring van sterktetype Vloeigrens van bout (80% van trekvastheid) 3 kgf/mm (45000 psi) Trekvastheid van bout 40 kgf/mm (56000 psi) ) Aanhaaltijd Een langere aanhaaltijd resulteert in een hoger aanhaalmoment. Een hoog aan - haalmoment heeft echter geen toege - voegde waarde en verkort de levensduur van het gereedschap. 3) Verschillende boutdiktes De boutdikte is van invloed op het aan - haalmoment van de bout. Over het algemeen neemt het aanhaal - moment toe naarmate de bout dikker wordt. 4) Aanhaalomstandigheden Het aanhaalmoment is zelfs bij dezelfde type bouten afhankelijk van de kwaliteit, de lengte en de torsiecoëfficiënt (een bij de productie door de fabrikant vastgestelde coëfficiënt). Het aanhaalmoment is zelfs bij hetzelfde bevestigingsmateriaal (b.v. staal) afhan- kelijk van de afwerkingslaag van het materiaal. Het aanhaalmoment neemt aanzienlijk af wanneer de bout en moer met elkaar meedraaien. 5) Speling in de dopsleutel Het aanhaalmoment neemt af als voor het vastdraaien van een bout een ve rkeerde dopsleutel wordt gebruikt. 6) Startschakelaar (startschakelaar met vari - abele toerentalregeling) Het aanhaalmoment is lager wanneer de schakelaar van het gereedschap niet volledig is ingedrukt. 7) Invloed van een adapter Het aanhaalmoment neemt af bij gebruik van een universeel verbindingsstuk of een aansluitadapter.